Alice Springs, ook wel bekend als The Alice of gewoon Alice, is een stad in de outback van Australië. De plek wordt omringd door verschillende typen woestijnen en de McDonnell Ranges (gebergte).
Alice Springs ontstond in 1872 toen men een telegraafverbinding ging aanleggen. De stad is vernoemd naar de vrouw van de telegraafpionier Sir Charles Todd.
In Alice Springs vind je veel Aboriginals, de inheemse bevolking van Australië. Toen de Europeanen naar Australië kwamen zijn veel Aboriginals verdreven of gestorven aan voor hen onbekende ziektes. Inmiddels is een groot deel van het land weer teruggegeven maar de Aboriginals kampen met een grote achterstand. De meesten zijn ongeschoold en werkloos en alcoholisme is een groot probleem.
Hoe kom je er?
Vanuit Sydney kun je, via Adelaide, met de auto naar Alice Springs rijden. Dit kost alleen wel veel tijd. Daarom pakte ik het vliegtuig. Met Quantas vloog ik in 2,5 uur van Sydney naar Alice Springs.
Als je met het vliegtuig naar Alice Springs wilt dan is het wel belangrijk om op tijd te boeken. Er gaan namelijk niet zoveel vluchten. Het is ook duur. In 2017 betaalde ik € 223 voor een enkeltje. Dat scheen goedkoop te zijn. De normale prijs ligt rond de € 500.
Waar verblijf je?
Ik huurde met mijn vriend een Jeep met tent op het dak. Inclusief kookgerei, slaapmatjes en slaapzakken. Met die jeep zijn we een week lang door het rode center van de outback gereden.
In Alice Springs verbleven we bij de G’Day Mate camping. Het was een fijne camping met gras, schone douches en een outdoor keuken. Deze trok wel veel insecten aan, maar goed daar blijf je overal wel last van hebben.

Wat is er te doen in Alice Springs?
In het stadje zelf is, op een paar kleine museums na, niet zo heel veel te doen. Wij bezochten het Alice springs Desert Park, de Kangaroo Sanctuary en reden naar Rainbow Valley.
Alice Springs Desert Park
In het Alice Springs Desert park vind je verschillende beesten die in de outback leven, kangoeroes, Dingo’s, emu’s en natuurlijk bijzondere soorten hagedissen, slangen en spinnen.
Red kangaroos.

Omdat veel van deze beesten pas ’s avonds actief worden zul je ze niet snel tegenkomen in het wild. Daarom is het Desert park een echte aanrader. Hier kun je ze namelijk overdag bewonderen.

Daarnaast toont het park de wisselende natuur van de outback. Het kan er bijvoorbeeld enorm droog zijn. Kilometers lang zie je niets anders dan droog, rood zand met woestijnplanten. Maar aan de andere kant vind je weer heel veel groen. Veel gras, palmplanten en stekelige struiken.
Toegang kost € 20 (in 2017).

Hoe kom je er?
Het Alice Springs Desert Park ligt op 15 minuten rijden van het centrum.
Als je in de zomer gaat (december, januari) is het aan te raden om vroeg heen te gaan. Wij waren er rond een uur of half negen ’s ochtends en toen was het al enorm warm.
De wilde honden van Australië: Dingo’s. Deze honden zijn anders dan de huis-tuin-en-keuken-hond. Het is helaas wel zo dat ze daar zelf bij het voortplanten niet zo op letten. En zo komen er steeds meer niet pure Dingo’s bij.

Een emu.


De gids vertelt
Als je een beetje op tijd bent dan is het mogelijk om verschillende delen van het park te verkennen met een gids. Zo leer je alles over de dieren van de outback.
Wist je bijvoorbeeld dat de staart van een kangoeroe een echte delicatesse is bij aboriginals? En dat de gedroogde uitwerpselen erg geschikt zijn om vuur mee te maken?

Wat je verder niet mag missen is de vogelshow. Je maakt op een leuke manier kennis met een aantal van de vogelsoorten die de outback rijk is.
Frogmouth owl.

Hoeveel tijd heb je nodig voor het Alice Springs Desert park?
Je hebt ongeveer 3 uur de tijd nodig voor dit park. Maar als je de verschillende tours bezoekt kan dat oplopen tot zo’n 4 uur.

Rainbow Valley
Rainbow Valley ligt op 2,5 uur rijden van Alice Springs. De weg zit vol met kuilen dus je hebt echt een 4WD nodig om er te komen.
Afgezien van een kleine wandelroute is er niet heel veel te doen bij Rainbow Valley. Als het op de route ligt dan zou ik aanraden om erheen te gaan. Anders niet.
Vergeet in de zomerperiode niet om een zonnehoed met netje mee te nemen want het stikt er dan van de vliegen.



