Ga naar de inhoud

Tsingy de Bemahara National Park

Tsingy de Bemaraha National Park ligt in het westen van Madagaskar en is een van de meest bijzondere natuurgebieden ter wereld. Het park staat bekend om zijn scherpe kalkstenen rotsen, die “Tsingy” worden genoemd. Deze rotsen zijn ontstaan door erosie en vormen een landschap dat lijkt op een versteend bos. In 1990 is het park uitgeroepen tot UNESCO Werelderfgoed vanwege de unieke natuur en de vele dieren die er leven.

Waar je niet blootvoets kunt lopen

Tsingy betekent in het Malagasy “waar je niet blootsvoets kunt lopen”. Het gebied bestaat namelijk uit allemaal rotsen met scherpe punten. Sommige zijn wel honderden meters hoog.

Tsingy de Bemahara

Planten en dieren

Tsingy de Bemaraha is de thuisbasis van veel bijzondere dieren en planten die alleen in Madagaskar voorkomen. Zo leven er verschillende soorten lemuren, zoals de Decken’s sifaka, maar ook zeldzame vogels, reptielen en insecten. De planten in het park zijn aangepast aan het droge klimaat en groeien vaak op ongewone plekken, zoals op de rotsen.

Hoe kom je er?

Tsingy de Bemaraha is te bezoeken vanuit het plaatsje Bekopaka. Vanuit Antananarivo, hoofdstad van Madagaskar, is het ongeveer 22 uur rijden. Ten minste, dat zegt de routeplanner. De kans is groot dat je er langer over doet.

Ik maakte een rondreis door Madagaskar met Sawadee en mijn vertrekpunt was Morondava. Vanaf daar is het 8 uur rijden naar Bekopaka. De rit is allesbehalve relaxed want je rijdt over onverharde wegen die vol zitten met kuilen en bulten. Het is alsof je 8 uur lang in een soort achtbaan zit. Het was echt heel ongemakkelijk.

Bus en jeeps in Morondava.
Onderweg met de jeep van Morondava naar Bekopaka.

Vierwielaandrijving is noodzakelijk

De grootste tijd van de rondreis door Madagaskar zaten we in een busje, maar die had het geen drie meter volgehouden op weg naar Bekopaka. De bus werd dus ingeruild voor een paar jeeps met vierwielaandrijving.

blank

Lunchen bij Mad Zebu in Belo sur Tsiribihina

We maakten een stop in Belo sur Tsiribihina voor de lunch bij Mad Zebu restaurant.

Mad Zebu café/ restaurant in Belo sur Tsiribihina.
Mad Zebu restaurant in Belo sur Tsiribihina.
Vrouw met een kraampje in Belo sur Tsiribihina.
Belo sur Tsiribihina, vrouw met mand op het hoofd.
blank
Belo sur Tsiribihina.

Veiligheid

Als je naar Bekopaka gaat dan moet je verplicht in een colonne rijden met andere voertuigen. Het gebied waar je doorheen rijdt is namelijk heel afgelegen. Er zijn slechts een paar mini-dorpjes met weinig voorzieningen. Als je voertuig onderweg stuk gaat (we hebben het een paar keer zien gebeuren) dan is er altijd iemand die je kan helpen. Daarnaast maakt het de kans op overvallen (die helaas plaatsvinden in dit gebied) kleiner.

Hobbelige weg van Morondava naar Bekopaka.

Oversteken met de ferry

Om bij Bekopaka te komen moet je de Manambolo rivier oversteken. Er is alleen geen brug. Alle auto’s worden op een amateuristisch uitziende ferry gereden en zo kom je aan de overkant.

Jeeps op de pont van Bekopaka naar Morondava.
Jeeps op de ferry van Morondava naar Bekopaka.
Bekopaka.
Houten kano's bij Bekopaka.

Waar verblijf je?

We verbleven twee nachten bij Hotel Orchidee du Bemaraha en kregen allemaal een eigen huisje. Ik vond het een fijne plek. Er zat een groot restaurant bij en een zwembad. Het eten was wat basic, maar dat is bijna overal zo in Madagaskar.

Orchidee du Bemaraha hotel in Bekopaka.
Orchidee du Bemaraha hotel in Bekopaka.
Orchidee du Bemaraha hotel in Bekopaka.
Orchidee du Bemaraha hotel in Bekopaka.

Ziek

Helaas heb ik niks meegemaakt van de Tsingy’s. Ik werd namelijk onderweg ziek. Tijdens de rit van Morondava naar Bekopaka stopten we bij een restaurantje voor de lunch. Ik had spierpijn en kon niet meer normaal rechtop zitten. De rit was een absolute hel. We werden continue heen en weer geslingerd. Het was vreselijk. Onderweg werden we een paar keer bestookt door nieuwsgierige kinderen. Ik merkte dat ik steeds chagrijniger werd. Ook had ik het enorm warm. Het was ook warm, maar dit leek me niet normaal. Het voelde alsof mijn lichaam in de fik stond.

Toen we eindelijk aankwamen bij het hotel heb ik meteen de thermometer uit mijn tas getrokken. Mijn temperatuur ligt normaliter rond de 35 graden. Nu was het 38. Duidelijk koorts dus. Sommige reisgenoten waren bang dat ik Covid had, maar na testen bleek dat gelukkig niet het geval.

De hele nacht heb ik wakker gelegen en continu water gedronken. Dat hielp, want de volgende dag was de koorts al flink gezakt. Toch besloot ik om niet mee te gaan naar de Tsingy’s. Ontzettend jammer, want we waren er maar een dag. Maar als ik wel was gegaan, dan was ik waarschijnlijk niet opgeknapt. En dan had ik de volgende dag wéér met mijn zieke kop 8 uur in die jeep moeten zitten.

Ik koos er dus voor om uit te rusten en bij het hotel te blijven. De terugrit naar Morondava heb ik als veel minder erg ervaren. Het was echt de hel omdat ik ziek was.

Ziek in Madagaskar.

Meer Madagaskar

Ambalavao en de Zebu markt

Parc d’Anja

Tsaranoro Vallei

Isalo National Park

Ifaty

Ampefy